We onderschrijven de vijf prioriteiten in het regeerakkoord (onderwijskwaliteit, lerarentekort, begeleiding van leerlingen op de juiste plaats, capaciteitstekort en studieduur in het hoger onderwijs). Over de concretisering van de doelstellingen willen we in overleg gaan, samen met de andere onderwijspartners. Op dit ogenblik hebben we nog geen zicht op de financiering. Daarom is het moeilijk om precies in te schatten welke engagementen de Vlaamse regering aangaat, bijvoorbeeld voor het basisonderwijs, de internaten, de capaciteit en scholenbouw, de aantrekkelijkheid van het lerarenberoep en de ondersteuning van de schoolleider.
Onderwijskwaliteit is een gedeelde verantwoordelijkheid. Daarom gaan we graag in op de uitnodiging om mee gestandaardiseerde toetsen te ontwikkelen. Als ze dicht aansluiten bij de schoolrealiteit en dus ook rekening houden met de leerplannen, zullen ze een waardevol instrument zijn voor scholen om hun kwaliteitsbeleid verder uit te bouwen.
Het begeleidingsdecreet moet nog een concrete invulling krijgen. Kinderen met onderwijs- en zorgnoden hebben recht op de juiste begeleiding, zowel in het gewoon als buitengewoon onderwijs. De regering zal voldoende middelen moeten voorzien om (hoge)scholen en leraren hiervoor te ondersteunen.
De aangescherpte eindtermen zijn een voortzetting van het beleid dat de vorige regering voerde. De belofte om te investeren in basisonderwijs past in de uitvoering van het actieplan basisonderwijs. De verdere uitrol van de modernisering van het secundair onderwijs moet de ambitie hebben elke leerling op het juiste moment op de juiste plaats te brengen.
Wij zijn voorstander van een doelmatige inzet van middelen in en tussen scholen en op netwerkniveau. Daarom voeren we de aangekondigde evaluatie-oefening (nulmeting) graag mee uit. Die zal duidelijk maken dat de inzet van deze middelen tot efficiëntie en kwaliteit leidt. Zo kunnen we aantonen dat we het vertrouwen van de overheid waard zijn. De raad van bestuur stelt overigens vast dat het versterken van de school als sociale onderneming onderbelicht wordt, evenals het belang van schoolleiderschap. We zouden hierover verder met de minister in overleg willen gaan, omdat we ervan overtuigd zijn dat zowel ondernemerschap als schoolleiderschap belangrijke randvoorwaarden zijn voor excellent onderwijs.
Ook het aanpakken van juridisering en planlast en het invoeren van een performante lerarenevaluatie zijn hiervoor noodzakelijk. Alle onderwijsverantwoordelijken moeten hier zonder taboes naar kijken. Terecht benadrukt de Vlaamse regering het respect voor de leraar, de klassenraad en de directie.
“De vertegenwoordigers van de schoolbesturen willen het nieuwe beleid alle kansen op slagen geven. Tegelijk vragen ze hiervoor het nodige vertrouwen om samen met hun directeurs en personeelsleden het beste onderwijs voor elke leerling te realiseren”, zegt Lieven Boeve, directeur-generaal van Katholiek Onderwijs Vlaanderen.