Dit is het eerste schooljaar dat duaal leren wordt uitgerold, na drie jaar proefdraaien. Het aantal leerlingen dat een duale opleiding volgt, stijgt meteen met 54%: van 398 naar 611.
Wellicht hierdoor kent het deeltijds beroepssecundair onderwijs een zeer beperkte daling. Van de 611 leerlingen die een duale richting volgen, zitten 438 in het gewoon voltijds onderwijs, 113 in het deeltijds beroepssecundair onderwijs en 60 in het buitengewoon secundair onderwijs.
De populairste richtingen zijn medewerker fastfood (31 leerlingen) in het buitengewoon onderwijs, elektromechanische technieken (37) in tso, zorgkundige (52) in bso en kinderbegeleider (11) in deeltijds bso.
“We kunnen van duaal leren een succes maken, op voorwaarde dat het leren van de leerling centraal staat en alle partners, zowel de scholen als de bedrijven, hierover samen goede afspraken maken”, zegt Lieven Boeve.
Vorig schooljaar steeg het aantal leerlingen in het buitengewoon onderwijs met 1%, na enkele jaren van daling. Ook nu kent het buitengewoon onderwijs met 2,6% een stijging van het aantal leerlingen.
In de periode 2015-2018 was het effect van het M-decreet vooral op het buitengewoon lager onderwijs duidelijk merkbaar. In die periode werd er ruim 13% leerlingen minder ingeschreven. Op 1 september 2019 is het aantal leerlingen in het buitengewoon lager onderwijs substantieel gestegen, met 3,26%.
De inschrijvingen in het katholiek kleuteronderwijs dalen, maar minder sterk dan de demografische afname. Dat is een daling in de inschrijvingen met ongeveer een half procent, terwijl een daling werd geraamd van 0,75% in Vlaanderen en 0,70% in Brussel.
In het katholiek lager onderwijs schreven 0,35% meer leerlingen zich in. Demografisch werd een aangroei berekend van 0,44% in Vlaanderen en 2% in Brussel.
Het aantal inschrijvingen in het katholiek voltijds gewoon secundair stijgt met 1,11%, terwijl de demografische aangroei in Vlaanderen op 0,88% en in Brussel op 2,45% wordt geschat.
“Deze cijfers, en het besef dat de aangroei van leerlingen zich de komende jaren doorzet, tonen de nood aan investeringen in goede schoolgebouwen voor onze leerlingen”, zegt Lieven Boeve.
"Katholiek Onderwijs Vlaanderen neemt hierin haar verantwoordelijkheid. We rekenen daarbij wel op de overheid om voldoende middelen te voorzien voor de subsidiëring van scholenbouwinvesteringen, zowel voor het bestaande patrimonium als voor de noodzakelijke capaciteitsuitbreiding."